Het nut van Megrow regenwormen

Het nut van regenwormen:

De worm speelt een sleutelrol in de bodembiodiversiteit en wordt dan ook de “ingenieur van de bodem” genoemd. Laten we even kort inzoomen op de worm en een aantal functies die deze vervult. Er zijn grofweg drie groepen wormen:

  • Strooiselwormen, wormen die in de strooisellaag bovenop de grond leven
  • Bodemwormen, wormen die in de bovenste 60 centimeter horizontaal leven
  • Pendelaars, wormen die zich verticaal bewegen door ’s nachts naar boven te komen om te eten en te paren

In de wormenmix zitten strooiselwormen en Dauwwormen. De strooiselworm verblijft in de bovenste 60 centimeter van de bodem waar hij organisch materiaal afbreekt en de nutriënten die daarbij voor de planten beschikbaar worden, in kleine korreltjes bindt. De Dauwworm is een pendelaar die diepe gangen graaft en nutriënten diep uit de bodem naar boven kan brengen. Omdat deze wormen ook onder water kunnen leven, dringen ze door tot in het grondwater.

De meest bekende worm die in de strooisellaag leeft is de Eisenia Fetida, ofwel, de Compostworm. Dit is een kampioen in het afbreken van organisch materiaal, maar ze zorgen voor een vettige toplaag en zijn daardoor minder geschikt om de bodem luchtig te houden.

DrilosfeerMegrow wormen

Doordat de wormen gangetjes maken, beluchten ze de bodem, creëren ze snelwegen voor de plantenwortels en krijgen bodempathogenen minder kans zich te ontwikkelen. Aan het einde van iedere gang vindt de wortel de uitwerpselen van een worm die vol ingekapselde nutriënten zitten. Het slijm dat een worm via de huid uitscheidt bevat vele enzymen. Micro-organismen maken hier dankbaar gebruik van, dit slijm zorgt tevens voor de versteviging van de gangwanden. Dit dunne filmpje vochtige scheiding tussen de gang en de omringende aarde is één van de meest biodiverse omgevingen en heet de Drilosfeer. De beneficiaire aerobe bacteriën krijgen hierin een voordeel ten opzicht van de anaerobe bacteriën die rotting teweeg brengen. Onder de grond geldt immers ook de wet “eten of gegeten worden”. Nematoden verplaatsen zich hierin door de bodem en krijgen zo toegang tot een groter jachtgebied. Engerlingen en Emelten zullen nooit meer veilig zijn. Tot slot: In de natuur komen in een gezonde bodem 30 - 100 gram wormen per m2 voor.

In de wormenmix komen strooiselwormen voor en pendelaars in verschillende verhoudingen